Jan heeft een voornemen voor 2018: niets meer uitstellen.
Waarom ik nu al kom met mijn goede voornemen? Precies! Omdat ik normaal gesproken alles uitstel tot het laatste moment en pas dan, gek van de stress, ergens een keer werk van ga maken! No more mister deadline: vanaf nu (!) doe ik alles metéén!
Als er één eigenschap van mezelf moet noemen waar ik een onversneden tyfushekel aan heb, is het deze: de onweerstaanbare neiging alles, maar dan ook alles, voor me uit te schuiven en uit te stellen, te laten liggen en te negeren, tot het écht niet langer kan, en dan nog een klein beetje.
Los van het feit dat ik hiermee mijn opdrachtgevers en echtgenote tot waanzin drijf, bezorg ik mezelf zo veel stress dat het een wonder mag heten dat ik niet allang tegen een massieve hartaanval ben aangelopen, of een joekel van een kortsluiting in mijn brein, waardoor ik de rest van mijn dagen moet slijten aan het raam, kwijlend in mijn luie stoel, inderwijl obsessief masturberend à la TS Garp in de geniale roman The World According to Garp, van mijn favoriete schrijver John Irving, dat je het weet.
Nee, nu ik al korte metten heb gemaakt met mijn rook-, vet- , vrouw- en alcoholverslaving, rest mij slechts nog deze laatste duivel, en verdomd, zo waar als ik Jan Heemskerk heet, het gaat me lukken: vanaf nu, niet straks, niet morgen, niet volgende week, stel ik niets meer uit en doe ik alles ogenblikkelijk, zodat mijn leven vanaf nu een oase van rust, tevreden bazen, gelukkige echtgenotes en oceanen van vrije tijd zal zijn.
Want: hoe moeilijk kan het nou helemaal zijn? Gewoon in plaats van eerst nog even koffie zetten, tv-kijken, doorslapen, boekje lezen, telefoontje plegen, appje sturen, Facebook-Insta-Twitter-Snapchat checken, nee! … meteen gaan zitten, laptop openklappen en stukje maken! BAM! En niet stoppen voor het af is. Ook niet voor even, alleen maar de krant halen. Of een klein boodschapje. Of om een plas.
En: in huis ga ik ook alles wat ik tegenkom meteen opruimen, in plaats van laten liggen voor straks, een andere keer, of als ik toch naar boven moet. Ik ga leven in real-time, niet langer in de onbestemde toekomst, waarin klusjes vanzelf verdwijnen, maar niet echt, want juist een enorme berg vormen die ik helemaal nooit meer kan wegwerken, zodat ik nog extremer vluchtgedrag gaat vertonen en de boel onvermijdelijk op een schipbreuk van jewelste afstevent en daverend in het honderd loopt.
Oh, wat zal ik gelukkig zijn in mijn nieuwe leven, dat geordend en vredig van taak naar taak wandelt, en niet door de brokstukken van goede bedoelingen en halffabrikaten, dreigementen en teleurstellingen. Wat zal ik ’s avonds saai maar voldaan in mijn bedje stappen, waar ik mevrouw Heemskerk zonder omhaal zal beklimmen, niet zal stoppen tot ik haar en mezelf efficiënt heb doorbevredigd, alvorens vrij van druk of schuldgevoel de slaap der goedertieren mensen te slapen.